In juli 2013 is een eerstelijns akkoord gesloten over de ontwikkeling van de zorg en de bekostiging daarvan voor de periode 2015 – 2017. Het ligt echter in de verwachting, mede gelet op een aantal baanbrekende aspecten van dit akkoord, dat de gekozen invulling ook richtinggevend voor de verdere toekomst zal zijn.
De centrale gedachte achter het akkoord is om, bij voortschrijdende vergrijzing en toenemende budgettaire druk, de zorg als geheel, en de eerstelijnszorg in het bijzonder, betaalbaar en toegankelijk te houden op de langere termijn. Vier principes staan daarbij centraal:
- Zorg op maat
- Substitutie waar verantwoord mogelijk
- Grotere rol van de patiënt
- Samenhangende, georganiseerde zorg (verschillende disciplines werken samen met huisarts als hoofdbehandelaar)
De wijze van bekostiging kan daarbij in de toekomst mede gekoppeld worden aan het bereikte gezondheidsresultaat. Daarbij wordt derhalve een vorm van (gezondheids-) resultaatsverplichting geïntroduceerd die het inkomen van de professionals en organisaties mede zal gaan bepalen.
In de komende jaren zullen deze afspraken meer en meer het karakter krijgen van eerstelijns zorgketens voor chronische ziektes om zich daarna verder te ontwikkelen in de richting van Individuele zorgplannen (IZP). En in deze ontwikkeling zal in het contracteren de nadruk meer en meer van het vergoeden van verrichtingen naar het vergoeden van prestaties gaan verschuiven. Prestaties in gezondheidswinst, efficiency en effectiviteit.
Daarmee ontstaat er een uitdagend nieuw strategisch perspectief voor de eerstelijnszorg en zorggroepen. Zij immers zullen een centrale rol spelen in het vormgeven, organiseren en besturen van de zorgketens. De zorg zal zich verbreden, meer populatiegerichte karakteristieken krijgen (bij ouderenzorg, ggz en jeugdzorg), en zullen medische zorg en sociaal-maatschappelijke zorg meer met elkaar verweven raken. Met als gevolg een sterk groeiend (in aantal en soort) aantal partners die in deze ketens met elkaar samenwerken om het beoogde doel te bereiken.
Deze insteek heeft belangrijke gevolgen voor de organisatie van de chronische zorg naar de toekomst, alsmede ook voor de ICT-ondersteuning die voor deze zorggroepen noodzakelijk is. Het is van het grootste belang een ICT-oplossing te kiezen die vanuit deze toekomstbestendig is en de te verwachten ontwikkelingen naar de verdere toekomst zal ondersteunen.