Voor eigen regie is het nodig dat mensen inzicht hebben in de eigen gezondheid. De hulpverlener is daarbij een coach die ondersteunt en het herstel bevordert.
Psychische problemen komen relatief vaak voor in de Nederlandse bevolking. Cijfers uit het Nemesis-2 onderzoek over de periode 2007 – 2009 tonen dat aan. Zo heeft 43,5 procent van de Nederlandse bevolking ooit in zijn leven een psychische aandoening gehad, en dat percentage is 18 procent gemeten over de laatste 12 maanden voorafgaand aan het onderzoek. Het aantal mensen met psychische problemen in de bevolking blijft over een periode van vijftien jaar ongeveer gelijk. Het zorggebruik verandert wel. Het aantal mensen dat hulp krijgt neemt toe. In de ggz stijgt dat aantal in de periode 2003 – 2009 met bijna 40 procent. Zo’n 90 procent van deze cliënten ontvangt ambulante zorg.
Met de stijging van het aantal cliënten nemen ook de kosten van de zorg toe. In een periode van bijna 15 jaar (1998 – 2011) verdubbelen de zorgkosten nagenoeg, van 2,3 miljard naar 5,2 miljard. En de markt is niet verzadigd, want volgens Nemesis-2 ontvangt ongeveer eenderde van de mensen met psychische problemen enige vorm van hulp. De overige tweederde krijgen geen ggz-hulp in de 12 maanden voorafgaand aan het onderzoek. Zij houden vol op eigen kracht en/of vinden andere oplossingen.
De overheid heeft de afgelopen vijf jaar diverse maatregelen ingezet om de kosten van de ggz in te dammen. Eigen risico voor cliënten in de ggz en beperking van het aantal sessies voor eerstelijns psychologische zorg zijn bekende voorbeelden. Deze maatregelen stuitten op veel weerstand in het zorgveld omdat verondersteld werd dat onder meer kwetsbare cliënten hier de dupe van werden.
Ggz-patiënten in het midden van de behandeling
Eigen regie is goed streven bij ggz-patiënten, al blijft langdurige professionele ondersteuning vaak nodig, stelt het Trimbos Instituut.