De substitutie van zorg van tweede naar eerste lijn kan alleen slagen als de huisarts hierin voldoende serieus wordt genomen als zorgprofessional, ondernemer en vernieuwer, stelt Ella Kalsbeek, voorzitter van de Landelijke Huisartsen Vereniging (LHV). Dit gebeurt niet altijd voldoende, constateert ze.
Ella Kalsbeek van de LHV kijkt met grote belangstelling, maar ook met een kritische blik naar de ontwikkelingen in de eerste lijn en de rol van de huisarts daarin. De nieuwe taken die door de veranderingen in de zorg op de huisarts afkomen, vormen een potentiële verrijking van het vak, stelt ze, maar de ontwikkeling ervan moet wel zorgvuldig worden vormgegeven.
Een belangrijk aandachtsgebied hierbij is bijvoorbeeld de vraag hoe de huisarts en de wijkverpleegkundige zich tot elkaar gaan verhouden. ‘Ik verwacht beslist dat beide partijen elkaar voldoende ruimte zullen geven om vanuit hun eigen professionaliteit van waarde te zijn voor de patiënt’, zegt ze. ‘ik denk ook dat ze enorm veel aan elkaar kunnen hebben. De wijkverpleegkundige is van grote meerwaarde voor de kwetsbare mensen in de wijk en kan bovendien de oren en ogen van de huisarts zijn voor deze mensen. Met de professionaliteit van de huisarts en de wijkverpleegkundige zit het goed, dus inhoudelijk komt het wel in orde met die afstemming. Alleen wat ik hierbij spannend vind, is de vraag hoe de organisatie van de wijkverpleegkundige zich gaat ontwikkelen. De wijkverpleegkundige van weleer had een klassieke, intensieve werkrelatie met de huisarts. Maar in de nieuwe opzet wordt het nooit meer zoals het toen was, want nu krijgt de huisarts te maken met wijkverpleegkundigen die in dienst van verschillende thuiszorgorganisaties werken of als ZZP’er. Ik durf dan ook nog geen stellige uitspraken te doen over hoe het veld zich op dit punt zal gaan ontwikkelen, maar het zal in ieder geval in iedere situatie zijn eigen invulling gaan krijgen.’
De ontwikkeling van de ketenzorg in de eerste lijn is enorm goed op gang gekomen, vindt Kalsbeek. ‘De huisarts speelt hierin een centrale rol en de samenwerking met fysiotherapeuten, apothekers en andere eerstelijns professionals is prima’, zegt ze. ‘Wel is er een punt van aandacht.’
Ella Kalsbeek, LHV: ‘Te weinig financiële middelen voor honorering van ideeën’
Ella Kalsbeek, voorzitter LHV, plaatst kritische kanttekening bij substitutie van zorg naar eerste lijn.