De eerste voorzichtige resultaten van de Twentse pilot ‘Zorgprogramma Osteoporose en fractuurpreventie’ zijn veelbelovend. Alles wijst erop dat de zorg voor patiënten die door osteoporose een hoog fractuurrisico hebben uitstekend in de eerste lijn kan gebeuren. De twee voortrekkers aan het woord. Enig pionierswerk is nog wel vereist.
“Osteoporose zou niet sexy zijn…”, schampert Ton Boermans. “Kan iemand mij vertellen wat er sexy is aan hoge bloeddruk?” Boermans, huisarts in Losser en medisch adviseur osteoporose van zorggroep THOON (Twentse Huisartsen Onderneming Oost-Nederland), heeft nooit begrepen waarom er onder huisartsen en andere eerstelijnszorgverleners zo weinig belangstelling is voor wat toch een normaal onderdeel van de zorg voor kwetsbare mensen is. Zit het in ons collectieve geheugen dat je als je een dagje ouder bent weleens wat kunt breken? “Het blijft giswerk. Maar een wervelverzakking of een heupfractuur heeft wel degelijk grote consequenties.”
Op 1 april 2015 is in het gebied van Medisch Spectrum Twente (MST) de pilot ‘Zorgprogramma Osteoporose en fractuurpreventie’ van start gegaan met 21 deelnemende huisartsen uit 16 praktijken. Patiënten van vijftig jaar en ouder worden na een fractuurbehandeling via de spoedeisende hulp terugverwezen naar de huisarts voor nazorg met screening en eventuele behandeling. In tien maanden tijd waren dat er 236. Ze krijgen dus géén afspraak meer op de osteoporosekliniek van het ziekenhuis. De patiënten met een hoog fractuurrisico die al bekend zijn in de huisartsenpraktijk doen ook mee aan het programma. “De juiste zorg op de juiste plaats voor mensen met een hoger fractuurrisico, dat is wat de pilot beoogt”, zegt Monique Troost, adviseur programmaontwikkeling en zorgvernieuwing van THOON. Huisarts Boermans en Troost vonden elkaar in een gezamenlijke belangstelling voor het onderwerp osteoporose.
Pionieren
De pilot is ontwikkeld door zorggroep THOON en zorgverzekeraar Menzis in samenwerking met het ziekenhuis. “Dankzij Menzis hebben we kunnen investeren in verbetering van de osteoporosezorg in de huisartsenpraktijk”, zegt Troost. “En dankzij de goede samenwerking met MST waren we in staat de screening van de patiënt na een fractuur goed neer te zetten. Wij hebben er nooit aan getwijfeld dat deze zorg in de huisartsenpraktijk op de juiste plaats is. Al was de interesse aanvankelijk niet zo groot, een aantal huisartsen heeft de osteoporosezorg nu goed opgezet met een gestructureerd spreekuur. Voor alle zorg die je wilt substitueren geldt: pak het vanaf het begin goed aan.”
De initiatiefnemers zien de eerste resultaten als een nulmeting. Het is nog steeds pionieren, zeggen ze. Maar langzamerhand komt er meer interesse voor de behandeling van osteoporose onder huisartsen en vooral onder praktijkondersteuners.
Auteur: Els van Thiel