De deelnemers aan de achtste leergang van de Masterclass Eerstelijns Bestuurders brachten deze zomer een bezoek aan Venetië. Ze vergeleken het zorgsysteem in de Italiaanse regio Veneto met dat van Nederland. Wat viel hen op?
In Italië wonen circa 61 miljoen mensen. De zorg is georganiseerd in 20 regio’s. De regio Veneto bestaat uit 4,9 miljoen inwoners en is verdeeld in 26 districten van gemiddeld zo’n 190.000 inwoners. Er is een nationaal zorgsysteem dat grotendeels gefinancierd wordt door nationale en regionale belastingen. De uitgaven aan gezondheidszorg bedragen 8,8 procent van het BNP (Nederland 14 procent in 2016). De zorgaanbieders zijn zowel publiek als privaat.
Eerstelijnszorg
In de eerstelijnszorg zijn de huisartsen veelal zelfstandige ondernemers. Er is een aparte groep huisartsen die 24 uur per dag de spoedzorg organiseert. Huisartsen hebben maximaal 1.500 volwassen patiënten in een normpraktijk en werken circa 35 tot 40 uur per week. De huisartsen hebben een gemiddeld inkomen van € 120.000. Daarnaast mogen ze allerlei nevenfuncties of bijbaantjes hebben.
Er is een stimuleringsprogramma om tot meer multidisciplinaire centra te komen, die 12 uur per dag open zijn. In de centra probeert men de huisartsen meer te betrekken bij het bestuur en probeert men hen verantwoordelijk te maken voor doelmatig voorschrijfgedrag en verwijzingen. Er is een bekostiging op basis van vaste, variabele en resultaatbeloning.
Een vergelijking
De zorgkosten in Italië zijn lager dan die in Nederland. De spoedzorg is voor huisartsen in Italië niet verplicht en er zijn huisartsen die alleen maar spoedzorg leveren. Ook in Nederland zullen we keuzes moeten maken: wat doen we als huisarts nog wel en wat niet. De praktijken in Italië zijn een stuk kleiner. Om de toenemende zorgvraag aan te kunnen, zien we ook in Nederland de trend dat praktijken steeds kleiner worden. Opvallend verschil is dat de zorg in Italië centraal wordt aangestuurd door autonome regio’s. De bureaucratie is zoals genoemd berucht, maar heeft ook voordelen. Zo is er bijvoorbeeld voor één ICT-systeem gekozen.
De vergrijzing is net als in Nederland de grootste uitdaging voor de komende jaren. In Italië focussen de regio’s zich op kwetsbare ouderen. Om de zorg rondom kwetsbare ouderen te organiseren zijn regionaal gelden beschikbaar. In Nederland komt dit maar moeizaam van de grond. Hiervan kunnen we leren dat als je regionaal een infrastructuur wilt opbouwen, goede aansturing noodzakelijk is. Wij zien hier een taak voor de zorggroepen om dit samen met de ziekenhuizen en zorgverzekeraars te organiseren.
De eerste lijn in Italië heeft veelal dezelfde problematiek als die in Nederland. Het is leerzaam dat er soms (vanuit historie gegroeid) in Italië een andere sterke organisatie in de regio is. Dit heeft zijn voor- en nadelen.
Auteurs: René Bijkerk, Jan Erik de Wildt
Download het volledige artikel hier: