Blijkbaar was Staal niet de enige die langs deze lijn dacht, want hij werd direct benaderd door enkele zorgpartijen met de vraag waarom Sociaal Werk Nederland niet aan tafel zat. “Ik heb daarop ook contact opgenomen met de toenmalige directeur-generaal van het ministerie van VWS”, vertelt hij. “Het antwoord luidde dat het een terechte vraag was, maar dat het ministerie in eerste instantie wilde kijken naar wat in de zorg moet gebeuren. Toen de meeleesversies van het conceptdocumenten beschikbaar kwamen, besloten wij niet af te wachten, maar inhoudelijk te reageren.
Het hele artikel lezen? Download het hier!
Terecht dat Staal wijst op de noodzaak om het sociale domein toe te voegen aan het IZA om in de buurt te komen van een echt integrale aanpak. Maar er is meer nodig. Immers, het huidige IZA leunt naast reorganisatie en een efficiëntieslag in de zorgsector zwaar op ‘zelfzorg’ in de brede betekenis van het woord. Zelfzorg die erop neer komt dat de zorgvraag wordt gereduceerd tot de behoefte aan zorg die overblijft als de burger/cliënt/consument echt PATIËNT is geworden. Die vorm van zelfzorg wordt in belangrijke mate bepaald door de leef- en woonomgeving, het inkomensniveau, de leefstijl en het voedingspatroon. Representanten van die zelfzorgaspecten kom ik niet tegen bij de rij van ondertekenaars van het IZA. Vooral een belangrijke partij als de supermarkten ontbreekt en dat is een groot manco want ongezonde voeding bepaalt in sterke mate de zorgbehoefte. Helaas is ongezonde voeding doorgaans goedkoper en is past daarmee beter in de bestedingsmogelijkheden van de categorie mensen die behoort tot de grote zorggebruikers. Ik kan niet anders dan concluderen dat het IZA meer nodig heeft dan de capaciteit van VWS. Het is weer tijd voor een interdepartementale aanpak met Algemene Zaken als dirigerend departement.